Uit het koloniale verleden
Indonesië is al meer dan zeventig jaar een zelfstandige republiek. Maar vanaf de zeventiende tot halverwege de twintigste eeuw was dit eilandenrijk een Nederlandse kolonie: Nederlands-Indië. De informatie en de recepten in dit compacte kookboekje in de historische reeks van uitgeverij Het Zwarte Schaap gaan over die periode. Marleen Willebrands heeft de oudere periode tot de negentiende eeuw op zich genomen, Karen Groeneveld vanaf de negentiende eeuw tot heden.
Knoflook en rode peper
Het allereerste recept, een ananastaart uit de achttiende eeuw, is meteen een geweldige en verrassende binnenkomer! Opvallend genoeg ontbreekt in de recepten uit de achttiende eeuw knoflook helemaal. Dat ligt niet aan de keuze die is gemaakt, ook andere overgeleverde Indische recepten uit die periode bevatten geen knoflook. Natuurlijk wordt het rode pepertje wel in het sambal-recept gebruikt, maar niet als specerij in andere gerechten. Vanaf de negentiende eeuw zijn knoflook en rode peper meer gebruikelijk. Nu zijn er ook gedrukte bronnen; eerst voor gebruik in Nederlands-Indië, later voor de repatrianten in Nederland en uiteindelijk ook voor de nieuwsgierige Hollandse kaaskop.
Over die rode peper gesproken: dat deze, net als tomaat en enkele andere ingrediënten, niet inheems is in Azië maar pas in de zestiende eeuw via Portugezen en Spanjaarden in de Indonesische en andere Aziatische keukens terecht zijn gekomen, wordt nergens in het boek vermeld. Waarschijnlijk komt dit door de beperkte omvang van het boekje, maar het is wel vermeldenswaard. Overigens wordt rode peper de ene keer Spaanse peper genoemd, de andere keer lombok of tjabé, en soms gewoon rode peper. In de inleiding wordt uitgelegd waarom: zo proef je nog een zweempje van de oorspronkelijke recepten.
De informatieve pagina’s bevatten veel leuke feiten, maar het stukje ‘Koken in de Tropen’ bevat veel informatie die ook al eerder is vermeld bij ‘Fortuin in de Oost’ en ‘Mevrouwen en Kokkies’. De afsluitende recepten uit de huidige eeuw zijn een leuke vondst. Ook de droomrecepten uit de Jappenkampen tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn een waardevolle aanvulling.
Op naar deel 2!
De formule van deze boekjes (klein formaat, beperkt aantal pagina’s) staat diepgaande informatie in de weg. Het zijn meer voorproefjes. Dat neemt niet weg dat het onderzoekswerk dat er voor de auteurs in zit intensief is; ik spreek hier uit eigen ervaring. Het is daarom bewonderenswaardig dat Willebrands in de beperkte ruimte zo veel interessants weet te vertellen over de oudste Indische recepten, waar nog niet veel van bekend is. Deze zijn meestal overgeleverd in manuscripten. Het zijn kookschriften van dames die zelf in ‘de Oost’ verbleven als zij hun echtgenoten konden vergezellen, en vaak komen zij uit aanzienlijke families. Over de meer recente periode heeft Groeneveld ook veel interessante informatie verzameld.
Dit boekje smaakt naar meer, want er is nog heel veel meer te vertellen over alle facetten en ontwikkelingen binnen deze heerlijke cuisine. Dat er belangstelling voor dit onderwerp is, blijkt wel uit het feit dat de tweede druk snel volgde. Daarom: graag een vervolg!
Karen Groeneveld, Marleen Willebrands, Kookboek van Nederlands-Indië. Het Zwarte Schaap, 2019. ISBN 9789492821041
Te bestellen bij de boekhandel en bij Bol